Wat nodig?
Beschutting
- Natuurlijke beschutting, bijvoorbeeld van hagen of bomen, of een schuilhok is noodzakelijk.
- In de zomer moet de beschutting schaduw bieden en ventilatie toelaten.
- Tijdens de winter moet de beschutting bescherming bieden tegen neerslag en wind.
- Paarden die permanent buiten verblijven, hebben een schuilhok nodig dat aan 3 zijden gesloten is, en waarvan de gesloten zijde best naar de dominerende windrichting georiënteerd is.
- Als er meerdere paarden samen op een weide staan, moeten zij allemaal tegelijk kunnen schuilen. Zorg dus dat de beschutting en de toegang ertoe ruim genoeg zijn.
- Maak uw beschutting met materiaal dat zowel tegen hitte als koude bescherming biedt.
- De bodem moet droog en comfortabel zijn.
- Het dak moet hoog genoeg zijn.
Voedsel en water
- Zorg altijd voor voldoende drinkbaar water. Een volwassen paard drinkt 25 tot 50 liter water per dag. Als het vriest, moet u uw voorzorgen nemen zodat de paarden toch over vers water kunnen beschikken.
- Verwijder planten die giftig zijn voor paarden, zoals taxus, ranonkel, lupinen en jacobskruiskruid. Onderhoud uw weide regelmatig.
- Als er onvoldoende gras op de weide staat, moet u bijvoederen (bijvoorbeeld met hooi of voordroog).
- Overvoeding of onaangepaste voeding kan leiden tot kolieken, hoefbevangenheid en zelfs obesitas (vooral bij bepaalde ezels en pony’s).
- Teveel en te rijk gras, voornamelijk in de lente, of extra voeding van voorbijgangers kan de gezondheid van uw paarden schaden.
Een goede omheining
- Kies bij voorkeur voor brede dwarsbalken zodat de omheining goed zichtbaar is voor de paarden.
- Maak de omheining hoog genoeg zodat de paarden niet kunnen ontsnappen. Voor paarden is 1,25 meter een goede minimale hoogte, voor pony’s kan 1 meter al volstaan.
- Gebruik geen prikkeldraad of gaas want de paarden kunnen zich hier ernstig aan verwonden.
- Vermijd scherpe hoeken.
- Voorzie een bijkomende elektrisch geleidende draad, band of bij voorkeur koord, zeker als u hengsten houdt.
TIP: Een paard is een kuddedier en leeft het liefst samen met andere paarden of dieren. Paarden moeten minstens andere paarden kunnen zien om zich niet eenzaam te voelen.
Paarden op de weide houden, betekent ook…
- dagelijks de gezondheid en het welzijn van de dieren controleren;
- toezicht houden op merries die op het punt staan om te veulenen;
- zieke en gewonde dieren verzorgen, (laten) behandelen en goed huisvesten;
- de hoeven tijdig bekappen;
- de paarden beschermen tegen insecten zoals dazen en muggen en waakzaam zijn voor zomerschurft;
- zorgen voor de juiste vaccinaties en ontworming (vraag raad aan uw dierenarts);
- een droge, comfortabele huisvesting met voldoende bewegingsvrijheid bieden;
- de weide proper houden, gebruik maken van wisselweiden en aan weidebloten doen.
Door regelmatig mest te verwijderen verkleint de kans op wormbesmetting en kan het gras beter groeien.
Waarom richtlijnen?
Deze richtlijnen voor het welzijn van paarden op de weide zijn gebaseerd op het advies van de Raad voor Dierenwelzijn. Dit officieel adviesorgaan van de federale overheid bestaat uit wetenschappers, vertegenwoordigers van de betrokken sectoren en van dierenbeschermingsorganisaties.
Paarden in nood
Elk jaar behandelt de inspectiedienst Dierenwelzijn van de FOD Volksgezondheid honderden klachten over paarden die in slechte omstandigheden op de weide worden gehouden. De meeste van deze klachten zijn gegrond. De oorzaak van de problemen is vaak te wijten aan de gebrekkige kennis van eigenaars over de behoeften van hun paarden.
Meld verwaarloosde paarden
Als je merkt dat een paard in slechte omstandigheden leeft, kan je dat hier melden.
Als je een klacht indient, bezorg ons dan ook de gegevens van de eigenaar en indien mogelijk duidelijke foto’s van de paarden en hun leefomstandigheden. Als je niet weet wie de eigenaar is, dien je best een klacht in bij de lokale politie.
Een advies van de raad voor dierenwelzijn.